Trollen op snoek

Trollen op snoek Trollen op snoek is één van mijn favoriete spelletjes. Het mooie van het vissen op snoek is dat je doorheen het jaar verschillende technieken kan toepassen. De meeste technieken heb ik ondertussen veel geoefend en deze hebben allemaal hun eigen charme in een bepaalde tijd van het jaar. Werpen met kunstaas, streameren met de vliegenlat, met dood aas in de winter… Het najaar is zowat de ideale periode voor het trollen op snoek en vormt voor mij een welgekomen afwisseling met de werpende visserij die ik het vaakst doe. De snoeken slaan aan het bunkeren en eten zich vol voor de winter die er aan komt. Snoeken liggen in het begin van het najaar ook nog erg verspreid en net daarom is het trollend vissen zo interessant en efficiënt. Door te trollen op snoek dek je namelijk veel water en zo kom je gegarandeerd wel ergens in de buurt van deze rover. Het trollen op snoek vanuit een kajak is ook een bijzonder fijne ervaring. Ook al vang je een dag niets, dan nog heb je een leuke dag op het water gehad. In de Hobie kajak zit je namelijk laag bij het water en met het trapsysteem kan je makkelijk een hele dag trollen zonder dat je er vermoeid van wordt. Ik vind het bovendien één van de fijnste manieren om een water te ontdekken en op zoek te gaan naar de betere stekken. De Float plus elektromotor die ik gebruik op de Float Plus bellyboat doet ook goed zijn dienst op m’n Hobie kajak. Op die manier is het ook mogelijk om wat sneller te verplaatsen tussen stekken of bij harde tegenwind net dat beetje makkelijker op snelheid te komen. Je kan het een beetje vergelijken met elektrisch fietsen. Het gaat net wat makkelijker tegen de wind in. Mijn favoriete tv-zender. Met één oog op de Lowrance dieptemeter ga ik op zoek naar interessante taluds en onderwaterstructuren. Het najaar is ook de tijd dat er zich weer scholen witvis beginnen te vormen. Naarmate het kouder wordt zie je hoe de wolken met éénjarige visjes steeds groter worden en zich richting overwinterplaatsen begeven, richting havens of dieper water. Zie je dergelijke wolken kleine witvis dan zit je goed. De kans is groot dat er ook wel roofvissen in de buurt zijn. Scholen brasems en of grote witvissen zie ik ook graag voorbijkomen op het scherm van m’n lowrance. Grote snoeken en brasemhappers… De grind- en rivierplassen behoren tot mijn favoriete viswateren. Helder en diep en met een behoorlijke hengeldruk en moeilijkheidsgraad. De snoeken springen er bijgevolg niet in de boot en je dient er best wel wat moeite voor te doen. Maar de ontmoeting met een snoek van formaat spoorbiels behoort steeds tot de mogelijkheden. Net zoals regelmatig een visloze blankdag… Maar zo nu en dan kan je weleens stevig beloond worden voor doorzettingsvermogen en volharding. Op een mooie zonnige najaarsdag kwam deze zwaarlijvige dame even aan boord van m’n kajak. Ze vergreep zich aan een line thru trout aangeboden op half water boven 12 meter. Wat kunstaas betreft voor het trollen kies ik in tegenstelling tot bij het werpend vissen, eerder voor een groter stuk kunstaas, pluggen, shads en swimbaits. Enkele van m’n favorieten zijn de Salmo fatso 14 cm zinkend, de Westin shadteez 27cm, Fox pro shad 23 cm, maar ook de grotere aasjes van Savage Gear zoals de line thru roach en line thru trout. Voor de werpende visserij vind ik de grote versies ondingen maar voor het slepend vissen zijn ze nauwelijks te overtreffen. Deze aasjes hebben een bepaalde diepgang. De slow sinking versie gaat niet bijster diep maar afhankelijk van de beoogde diepgang kan je voor de stalen onderlijn eenvoudig een schuiflood of inline lood monteren van 20 a 100 gram. Voor mij liefst zo licht mogelijk maar net zo zwaar als nodig. Wat diepgang van het kunstaas betreft probeer ik telkens een beetje te variëren. Doorgaans sleep ik met twee hengels in de steun, waarbij één hengel op half water gaat bij schatting en de andere iets korter bij de bodem. In helder water komen ze het soms wel hoog halen, maar wanneer de snoeken eerder passief zijn komt het er toch wel op aan om je kunstaas zo dicht mogelijk bij de standplaats te presenteren. Op plassen met grillig bodemverloop tot wel 30 meter diepte is dat geen sinecure. Af en toe loopt er ook wel een mooie bijvangst doorheen. Jo Mebis